Uit een jaarlijks onderzoek van Spelinspektionen blijkt dat 36% van de Zweedse gokkers eens per week deelneemt aan kansspelen. Dit komt met name door deelname aan loterijen en cijferspellen zoals de Lotto. Vooral in de hogere leeftijdsgroepen, met ondervraagden van 50 jaar en ouder, zaten bovengemiddeld veel mensen die wekelijks deelnemen aan kansspelen.
Ieder jaar voert de Zweedse toezichthouder Spelinspektionen een onderzoek uit naar het gokgedrag in Zweden. Woensdag publiceerde de toezichthouder de resultaten van het onderzoek dat eind november werd uitgevoerd door onderzoeksbureau Enkätfabriken. Voor het onderzoek werden 1.538 Zweden van 18 jaar of ouder gevraagd naar hun gokgedrag.
In de resultaten is slechts een deel van de ondervraagden meegenomen. Spelinspektionen koos ervoor om alleen de personen mee te tellen die minimaal eens per kwartaal een gokje waagden, wat neerkwam op 1.143 ondervraagden.
Wekelijkse deelname aan kansspelen
Allereerst kregen respondenten de vraag hoe vaak zij deelnemen aan kansspelen. Hierop gaf 36% aan dat zij minimaal eens per week een gokje wagen. Dit betekende een stijging van drie procentpunt ten opzichte van het voorgaande jaar. Met name in de oudere leeftijdscategorieën, 50-64 jaar (41%) en 65 jaar en ouder (44%), zaten bovengemiddeld veel personen die wekelijks deelnemen aan kansspelen. Dit kan bijvoorbeeld ook komen door lidmaatschap bij een loterij met een wekelijkse trekking.
Dit kwam dan ook naar voren bij de vraag welke kansspelen de ondervraagden speelden. Bijna driekwart van de ondervraagden (74%) gaf aan mee te spelen met loterijen en cijferspellen zoals de Lotto. De grootste categorieën na loterijen is de drafsport (25%) gevolgd door sportweddenschappen en bingo (ieder 15%). Met name in de groep van 65 jaar of ouder gaat het met name om loterijen en cijferspellen. In deze oudste leeftijdsgroep speelt van de gokkers 87% mee met loterijen.
Casinospelen lijken met name populair bij de jongvolwassenen. In de jongste leeftijdscategorie, 18 tot en met 29 jaar, geeft 27% aan te gokken in het (online) casino. Dit is ruim boven het gemiddelde van 10%. In diezelfde groep wordt minder dan gemiddeld meegedaan aan loterijen of het wedden op de drafsport.
Gokken voor plezier of om een groot bedrag te winnen
Naast de vragen over het type kansspel vroeg Spelinspektionen in het onderzoek ook naar de redenen om te gaan gokken. Allereerst was de toezichthouder benieuwd op basis waarvan de gokkers het type kansspel kiezen waar zij aan deelnemen. Bij 46% van de ondervraagden was de waarschijnlijkheid om iets te winnen van belang bij de keuze voor een kansspel.
De reden om te gokken was voor drie op de vijf mensen hetzelfde, want zij gokken als vorm van vermaak. De nummer twee in het lijstje met redenen om te gokken was de waarschijnlijkheid om een groot geldbedrag te winnen.
Jongvolwassenen vinden dat zij te veel gokken
Tot slot werd de gokkers gevraagd of zij in het afgelopen jaar het gevoel hebben gehad dat zij te veel hebben gegokt. Hierop gaf 7% te kennen dat zij inderdaad dit gevoel wel eens hadden. Dit lag bij de groep jonge gokkers (18-29 jaar) meer dan twee keer zo hoog (16%). Als de reacties worden gesplitst op basis van gokgedrag, dan is te zien dat vooral de dagelijkse gokkers wel eens dachten dat zij te veel gokken. Bijna de helft van de dagelijkse gokkers (47%) vond dat zij te veel gokten.
In dezelfde groepen, jonge gokkers en dagelijkse gokkers, werd ook bovengemiddeld vaak aangegeven dat zij wel eens hulp hebben gezocht voor hun gokgedrag. 3% van de jonge gokkers nam contact op met hulpverlening om te stoppen met gokken, terwijl dit bij de dagelijkse gokkers zelfs 11% was.
Het volledige onderzoek van Spelinspektionen is hier te downloaden (, 1,2MB).